Bankroete pensioenfondsen na 25 jaar Status Aparte

Bij de intrede van de Status Aparte van Aruba in 1986 was de economische situatie zodanig slecht dat de onderwerpen indexering en secundaire arbeidsvoorwaarden niet eens aan de orde waren. Alle werknemers moesten  zwaar inleveren. Berucht in dit verband was de solidariteitsbelasting van 8,2% die een gevoelige knauw betekende voor alle inkomensgroepen. Pas na 1990 was er voor het eerst weer sprake van enige voorzichtige aanpassingen maar de verhogingen bleven achter bij de stijgende kosten van levensonderhoud.  Eerder verkregen rechten  werden niet of slechts mondjesmaat gehonoreerd. De terroristische aanslagen op de Verenigde Staten van 9 september 2001 en de mondiale financiële crisis van 2008 leidden tot een jarenlange bevriezing van salarissen en achteruitgang van de koopkracht. Volgens het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) kwam de gemiddelde stijging van de lonen tussen 1995 en 2008 uit op 27% terwijl het prijsindexcijfer over diezelfde periode met 60% omhoog ging.

In 2008 trok  de vakbond van overheidspersoneel TOPA aan de bel omdat de koopkracht van haar leden in amper tien  jaar tijd met ruim 15% was afgenomen. Volgens de bond werd het hoog tijd om via indexering de ambtenarensalarissen aan te passen aan de gestegen kosten van levensonderhoud. De financiële staat van het land was echter zo erbarmelijk  dat daar maar minimaal aan kon worden voldaan. Degenen die daar nog het meest van te lijden hadden, waren de gepensioneerden. De twee pensioenfondsen waar de regering zeggenschap over had, bleken volledig te zijn uitgehold. Gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel en daadkracht van politici, gecombineerd met hun gewoonte om Sinterklaas te spelen, waren fataal geweest.

Het AOV-debacle: van lollypopbeleid naar struisvogelpolitiek

Een onderwerp waar politici liever helemaal over zwijgen, is de financiële toestand van  het AOV-fonds van de Sociale VerzekeringsBank (SVB),  de basispensioenregeling voor alle burgers van 60 jaar en ouder op Aruba. Dit fonds is daarom bij uitstek geschikt om politiek mee te bedrijven. Beloften dat de pensioengerechtigde leeftijd verlaagd wordt of dat de pensioenuitkeringen omhoog gaan en niet de premie, doen het altijd goed bij de kiezer.

Dat deze korte termijn douceurtjes  het voortbestaan van het AOV-fonds op de langere termijn in gevaar brengen liet de politici over het algemeen volslagen koud. Tot voor kort zwegen dan ook alle politieke partijen die aan het AOV-festijn hadden meegedaan het probleem dood. Pas toen in 2010 in de Sociale Dialoog met de sociale partners een akkoord werd bereikt om de grote problemen van Aruba te bespreken en aan te pakken, kwam het AOV-fonds ter sprake. De regering zag bij deze gelegenheid de kans schoon om haar verantwoordelijkheid voor de oplossing af te wentelen op haar  ‘partners’. De aandacht werd  handig afgeleid van de directe oorzaak van de zorgwekkende situatie waarin het fonds verkeerde. Afspraken om in de toekomst het fonds te vrijwaren voor misbruik ten behoeve van electoraal gewin zijn niet gemaakt.

Voor een goed begrip van de ernst van het AOV/SVB-probleem is het nodig om te weten dat het AOV/SVB-fonds gebaseerd is op het omslagstelsel. Hierbij betalen de werkenden direct voor de gepensioneerden.  (Dit in tegenstelling tot het kapitaaldekkend pensioensysteem van het APFA waarbij werknemers in samenwerking met de werkgever voor hun eigen pensioen sparen). Toen de regeling van kracht werd,  dekten de inkomsten (premies) de uitgaven (pensioenuitkeringen). Er was zelfs voldoende over om een spaarfonds te vormen, waar de overheid natuurlijk graag uit leende. Voor de pensioengerechtigden was het AOV-fonds bedoeld als basis. Men ging ervan uit dat de bedrijfstakken in overleg met de vakbonden zelf aanvullende pensioenregelingen zouden opzetten.

Op Aruba is decennialang consequent nagelaten dit daadwerkelijk te doen. De opeenvolgende overheden hebben de noodzaak daartoe ook minder urgent gemaakt door het AOV/SVB-pensioen met regelmaat te verhogen. De premies werden daarbij onvoldoende aangepast, noch werden andere maatregelen getroffen om de financiële situatie van het fonds zeker te stellen. Met het  omslagstelsel als uitgangspunt betekent dit een tijdbom onder de pensioengarantie van alle Arubanen. Wettelijk staat de regering garant voor de tekorten van de AOV-pensioenen. Aangezien de politici er blijkbaar van uitgingen dat het Land, wegens de goedlopende economie, over een onuitputtelijke geldbron beschikte, werd daar verder niet al te zwaar aan getild.